Metrpoolregio Amsterdam huisstijl graphic

Marktpartijen en overheden in Utrecht, Noord-Holland, Flevoland en MRA maken afspraken voor toekomstbestendige woningbouw

29-09-2022 Nieuws #bouwen en wonen#circulaire economie#duurzaamheid#ruimte

Om nieuwe woningen op een duurzame en toekomstbestendige manier te kunnen bouwen, hebben de provincie Utrecht en de Metropoolregio Amsterdam (MRA) een convenant voor toekomstbestendige woningbouw opgesteld. Hierin staan ambitieuze afspraken, strenger dan de huidige wettelijke normen, zodat sneller, goedkoper én duurzamere woningen kunnen worden gebouwd.

De ondertekenaars komen vooral uit de provincies Utrecht en Flevoland en de regio Amsterdam: het deel van Nederland waar 30% van de nationale woningbouwopgave moet worden gerealiseerd.

Behoefte aan afspraken

Het convenant volgt op het signaal van gemeenten en marktpartijen dat er grote behoefte is aan afspraken op het gebied van duurzame woningbouw. Bijvoorbeeld over circulariteit, natuurinclusief bouwen, klimaatadaptatie en energiegebruik. De provincie Utrecht en de samenwerkende overheden in de MRA hebben gehoor gegeven aan deze oproep en het convenant vormgegeven. Uiteraard gebeurde dat in samenspraak met vertegenwoordigers van bouwbedrijven, ontwikkelaars en overheidsinstellingen. Het convenant is inmiddels ondertekend door tientallen gemeenten, drie provincies en meer dan dertig ontwikkelaars en bouwbedrijven.

Sneller, duurzamer én beter betaalbaar

Gedeputeerde Jan de Reus van de provincie Flevoland benadrukt hoe belangrijk deze ondertekening is. ’Iedere woning die we nu niet toekomstbestendig bouwen, is een gemiste kans. Daarom hebben we vanuit de MRA, tegelijkertijd met de provincie Utrecht, het initiatief genomen om met marktpartijen te kijken hoe we duurzamer kunnen bouwen. Natuurlijk met de randvoorwaarde dat de snelheid van de woningbouw hier niet onder lijdt, want we hebben haast. Ik ben blij met het resultaat van deze samenwerking: het grote aantal ondertekenaars zorgt voor massa, waardoor woningbouw daadwerkelijk  goedkoper en toekomstbestendiger kan worden.’

Convenant als landelijke norm

De opstellers van het convenant willen dat de afspraken over de woningbouwnormen gaan gelden als landelijke norm. Het ministerie van Binnenlandse Zaken (waar Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening onder valt) heeft al interesse getoond en volgt de uitvoering van het convenant nauwgezet.

Het convenant dient ook als platform waarin organisaties elkaar vinden om de gemaakte afspraken te vertalen naar de praktijk. Het platform, dat Toekomstbestendig Bouwen heet, wordt gebruikt om kennis te delen, om te leren en te onderzoeken op welke manier nog duurzamer kan worden gebouwd.

Een overzicht van wie partijen die het convenant hebben ondertekend, vindt u op een speciale overzichtspagina.