Metrpoolregio Amsterdam huisstijl graphic

Meerderheid Tweede Kamer tegen bezuinigingen op regionaal openbaar vervoer

03-07-2025 Nieuws #mobiliteit

De motie die het kabinet oproept om € 225 miljoen van de voorgenomen bezuiniging van € 335 miljoen op het regionale openbaar vervoer in 2026 terug te draaien, is in de Tweede Kamer aangenomen. De Vervoerregio Amsterdam, de Metropoolregio Rotterdam-Den Haag (MRDH), het Interprovinciaal Overleg (IPO), het samenwerkingsverband DOVA en de brancheorganisatie OV-NL reageren verheugd.

De motie, ingediend door Kamerleden Habtamu de Hoop (GroenLinks-PvdA), Pieter Grinwis (ChristenUnie) en Bart van Kent (SP), kreeg brede steun in de Kamer. De partijen constateren dat de combinatie van zowel een bezuiniging op de zogenoemde Brede Doeluitkering (BDU) als de herijking van de vergoeding van het studentenreisproduct leidt tot een structureel tekort op het OV-budget van € 225 miljoen vanaf 2026. De Kamer heeft daarom uitgesproken dat deze bezuiniging onaanvaardbaar is, vanwege de impact op tariefverhogingen en het verdwijnen van OV-aanbod.

Cruciale stap

De betrokken decentrale overheden en OV-sectororganisaties zien de aangenomen motie als een belangrijke erkenning van de waarde van het openbaar vervoer voor Nederland. ‘We zijn heel blij met deze steun en de duidelijke oproep aan het Rijk om met een financiële oplossing te komen’, zeggen de vijf partijen in een gezamenlijke verklaring. ‘Deze motie laat zien dat de Kamer het belang inziet van goed en betaalbaar OV. En dat OV essentieel is voor de leefbaarheid van steden, dorpen en regio’s, en onmisbaar voor de ontsluiting van werk en nieuwe woningbouwlocaties.’

Schrijnende gevolgen

Zonder compensatie zou in 2026 het mes moeten worden gezet in het aanbod van bussen, trams en metro’s in het hele land. Lijnen verdwijnen, ritfrequenties worden verlaagd en tarieven stijgen. Met name inwoners van buitengebieden, ouderen, scholieren en mensen met een smalle beurs zouden de dupe zijn. De OV-partijen waarschuwen dat dit de bereikbaarheid, duurzaamheid en inclusiviteit van Nederland rechtstreeks ondermijnt. Deze boodschap werd gehoord door de Tweede Kamer. Ook NSC en BBB, die op financiële gronden tegen de motie stemden, steunden in een stemverklaring het doel van de motie: goed en betaalbaar openbaar vervoer voor Nederland.

Prinsjesdag

De ondertekenaars gaan er dan ook van uit dat het kabinet uiterlijk op Prinsjesdag komt met een solide plan om het OV voor 2026 veilig te stellen. ‘Het is niet genoeg om deze motie aan te nemen; nu moet het kabinet laten zien hoe zij deze oproep in de begroting verwerkt’, aldus de gezamenlijke oproep. ‘We kijken uit naar de wijze waarop de regering de motie gaat uitvoeren. De urgentie is hoog en de tijd dringt.’

Niet alle zorgen van tafel

Niet alle zorgen zijn met het aannemen van deze motie verdwenen. Ook na 2026 dreigen er financiële problemen in de sector en de motie biedt geen oplossing voor de noodgedwongen tariefstijgingen bij NS. De OV-partijen blijven er daarom op aandringen dat er een oplossing voor NS komt en dat ook ook ná 2026 de bezuinigingen op het OV van tafel worden gehaald.

Waardering voor motie

De vijf organisaties spreken hun bijzondere dank uit aan de indieners van de motie. ‘Wij waarderen de inzet van Habtamu de Hoop, Pieter Grinwis en Bart van Kent voor het openbaar vervoer in Nederland. Dankzij hun initiatief is een belangrijk signaal afgegeven: OV is geen luxe, maar een noodzakelijke publieke voorziening.’