Wonen in de Metropoolregio Amsterdam (WiMRA) 2019

Gebrek aan passend woningaanbod in de MRA vooral voor starters en gezinnen een probleem

28 mei 2020

Ondanks de bouw van ruim 30.000 woningen in de afgelopen twee jaar hebben mensen met een laag en middeninkomen in de Metropoolregio Amsterdam (MRA) weinig kans op een passende woning. Minder jonge mensen starten hun wooncarrière in de MRA en meer gezinnen uit de MRA vertrekken naar de rest van Nederland. Dit blijkt uit het onderzoek Wonen in de Metropoolregio Amsterdam (WiMRA).

De eerste resultaten van het tweejaarlijkse regiobrede woononderzoek WiMRA zijn begin februari gepubliceerd. Nu zijn de factsheets verschenen over woonwensen, verhuizingen, leefbaarheid en duurzaamheid. Ook de factsheets met de cijfers per gemeente zijn beschikbaar.

Het onderzoek bestaat uit diverse onderdelen en geeft onder meer een inkijk in wie en wat er achter de woningvraag zit en wat er aan de hand is op de woningmarkt in de MRA. Wie zijn naar deze regio verhuisd en wie zijn vertrokken? Naar wat voor woningen is de meeste vraag en hoe sluit het aanbod daarop aan? De bevindingen laten zien dat de opgaven groot zijn.

Woningbehoefte hard gegroeid

De woningbehoefte in de MRA is groot en het tekort is toegenomen, ondanks de versnelling van de woningproductie naar rond de 16.000 woningen per jaar in de afgelopen twee jaar. De groei van de woningbehoefte is vooral toe te schrijven aan de grote instroom uit het buitenland naar deze regio en met name naar Amsterdam. Deze instroom is veel groter dan voorzien in de prognoses. In alle zeven deelregio’s van de MRA willen bovendien meer mensen verhuizen dan in 2017. Vooral jonge mensen ervaren de grote aantrekkingskracht van de metropool; dat is niet veranderd, maar nu heeft een groter deel een hoog inkomen. Hoewel de effecten van corona niet geheel te voorspellen zijn, zijn de woningmarktexperts het erover eens dat de grote woningbehoefte in de MRA niet zal verdwijnen.

Meer vertrek naar elders

Een groot verschil met de voorgaande periode is dat het vertrek uit de MRA naar de rest van Nederland sterk is toegenomen en dat tegelijkertijd minder mensen vanuit andere delen van Nederland naar de MRA zijn verhuisd. Vooral gezinnen in de MRA trokken vaker (+25%) naar een woning elders in Nederland. Een veel genoemde reden voor vertrek is de wens om rustiger te wonen. Ook hangt de vertrekwens samen met het beperkte aanbod van passende woonruimte voor een acceptabele prijs. In de MRA-gemeenten waar woningzoekenden met een laag middeninkomen voorheen nog keuze hadden, zijn de prijzen namelijk sterk gestegen. In de MRA-deelregio’s Zaanstreek-Waterland, Amstelland-Meerlanden en Almere-Lelystad is de instroom van gezinnen nog wel toegenomen, waarschijnlijk door nieuwbouw, maar de uitstroom van deze groep is nog sterker gestegen.

Ook starters kijken voor hun eerste woning vaker buiten de Metropoolregio Amsterdam. De instroom van starters in alle deelregio’s van de MRA is afgenomen en de uitstroom van starters naar andere delen van Nederland is toegenomen.

Woningvraag is divers

Een deel van de woningzoekenden weet de woonwensen binnen de eigen gemeente of een andere gemeente binnen de MRA te realiseren, een groeiend deel (blijkbaar) niet; zij zoeken hun heil buiten de MRA. Het WiMRA-onderzoek laat zien dat in bijna alle prijsklassen en woonmilieus vraag is. De meeste huishoudens willen kopen (58%) of sociaal huren (32%) en een klein maar groeiend deel zoekt een woning met een huur in het middensegment (9%). Huurwoningen boven de €1.009 zijn nauwelijks gewenst.

Wat het gewenst woningtype, de woninggrootte en de gewenste woonmilieus betreft, is het beeld divers en afhankelijk van de levensfase van de woningzoekenden. Tussen de deelregio’s in de MRA zijn wel wat verschillen. In de Gooi en Vechtstreek, Almere-Lelystad en Zuid-Kennemerland wordt wat vaker naar eengezinswoningen gezocht. In Amsterdam is de voorkeur voor een appartement het sterkst. Ongeveer de helft van alle gezinnen wil een eengezinswoning, maar er is ook vraag naar appartementen (26%) of woningzoekenden oriënteren zich op beide woningtypes. Onder jongeren en ouderen is de wens wat meer gericht op stedelijk wonen in een appartement en onder gezinnen op rustiger stedelijk en gevarieerd wonen (bij centrum van stad of dorp).

Grootste tekort sociale huur en goedkope en middeldure koop

Het aanbod, bestaande uit nieuwbouw en vrijkomende woningen uit de bestaande voorraad, ziet er echter heel anders uit dan de vraag. Het aanbod is grotendeels duur en vooral de dure huur is sterk toegenomen door de groeiende particuliere vrije huursector. De vraag hiernaar is klein. Veel woningzoekenden zien de vrije huursector als een tijdelijke oplossing wanneer ze (nog) geen koop- of betaalbare huurwoning kunnen vinden; de helft (49%) van de huurders in een particuliere vrije sectorwoning geeft aan te willen verhuizen. De huurlasten liggen doorgaans erg hoog, nieuwe huurders in de particuliere vrije sector betalen gemiddeld €1.290 kale huur per maand, €223 meer dan zittende huurders. Deze huurders zijn daarmee een fors deel van hun inkomen kwijt (34%). Voor middeninkomens in de particuliere vrije sector is dat zelfs gemiddeld 40%.

Het aanbod van sociale huurwoningen is relatief klein (weinig dynamiek). Dit geldt ook voor de middeldure huur. Vooral in de sociale huur en de koop tot €279.000 is het tekort groot. Het zijn met name starters die in deze segmenten zoeken. Ook in de koop tussen €279.000 en €409.000 is het tekort groot, vooral door vraag van mensen die al een huis hebben (de ‘doorstromers’).

Maatregelen nodig van het Rijk

Het WiMRA-onderzoek toont aan dat het vooral de starters en de huishoudens met een laag of middeninkomen zijn die het lastiger hebben gekregen op de woningmarkt in de MRA. Juist in de categorie woningen die binnen hun bereik liggen, zijn de tekorten het grootst. Veel starters en jonge stellen (onder wie gezinnen) vertrekken uit de regio of komen terecht in woningen die nog wél worden aangeboden, namelijk de vrije sectorhuur met hoge aanvangshuren.

‘We moeten ons inspannen om meer betaalbare woningen te bouwen’, zegt Lex Scholten, wethouder in Diemen en voorzitter van het bestuurlijk overleg Bouwen en wonen in de MRA. ‘Maar bouwen alleen is niet voldoende om de tekorten op te lossen. Zonder regulering van de aanvangshuur en met het grote verloop in de vrije sector zal de door de minister aangekondigde maatregel om de jaarlijkse huurprijsstijging te maximeren helaas weinig verbeteren voor de kansen van woningzoekenden in de MRA. De vergrijzing houden we niet tegen, maar we moeten voorkomen dat jonge starters en gezinnen vertrekken of hier niet meer naartoe komen.’

‘Onlangs is berekend dat de woningcorporaties elk jaar 5.000 nieuwe sociale huurwoningen zouden moeten bijbouwen’, zegt Egbert de Vries, woordvoerder van de woningcorporaties in de MRA. ’Ook willen wij meer kunnen doen voor mensen met een middeninkomen. Maar we zijn sterk afhankelijk van de gemeenten om snel nieuwbouwlocaties aan te wijzen, en ook van het Rijk. Vanwege de hoge belastingen die de woningcorporaties moeten betalen, kunnen ze niet jaarlijks zo veel nieuwe woningen bijbouwen. We hopen dat de minister snel regelt dat onze financiële positie steviger wordt. Dat is pure noodzaak om duizenden mensen te kunnen helpen die in deze regio werken en graag fatsoenlijk en betaalbaar willen wonen.’

Over WiMRA

Het WiMRA-onderzoek is uitgevoerd door de afdeling Onderzoek Informatie en Statistiek (OIS) van de gemeente Amsterdam in opdracht van de Metropoolregio Amsterdam en de woningcorporaties in de MRA, vertegenwoordigd door het Platform Woningcorporaties Noordvleugel Randstad.

Meer weten over de effecten van de coronacrisis op de woningmarkt? Luister naar de podcast met Peter Boelhouwer naar aanleiding van zijn webinar bij MRA University.

Downloads

De publicatie ‘WiMRA 2019 in perspectief’ beschrijft de belangrijkste bevindingen uit het onderzoek en verbindt deze met resultaten uit andere onderzoeken over de woningmarkt en de economie van de MRA.

De resultaten uit WiMRA 2019 zijn gepubliceerd in drie deelrapporten:

Elk deelrapport is samengevat in een factsheet:

Factsheets per gemeente

Daarnaast zijn voor 31 MRA-gemeenten ‘factsheets’ gemaakt met kerngegevens uit het onderzoek op lokaal niveau en op het schaalniveau van de MRA als geheel. Deze factsheets kunt u hieronder downloaden. Alleen voor de gemeente Uitgeest is geen factsheet beschikbaar. De gemeente Uitgeest valt immers buiten de woningmarktregio en is daarom geen onderdeel van het onderzoek WiMRA 2019. Meer over de achtergrond van het onderzoek is te vinden in de onderzoeksverantwoording.

Lees ook het nieuwsbericht over de eerste resultaten van WiMRA 2019 uit februari 2020: Aandeel betaalbare koop- en huurwoningen daalt in MRA.

WiMRA 2017

Hier vindt u alle informatie over het onderzoek WiMRA 2017.